“Wilt u buiten zitten?” vroeg de serveerster.
Natuurlijk! Want het was heerlijk weer.
Ze liepen achter de serveerster aan naar het terras aan de achterkant van het restaurant.
Ze kregen hun tafel aangewezen en Diana slikte even.
Die stoelen.
Het eten was heerlijk. Het gezelschap was leuk.
Maar de hele avond voelde Diana zich ongemakkelijk.
Ze voelde de leuningen in haar lichaam drukken.
Ze voelde hoe haar dijen eromheen puilden.
De hele avond.
Het voelde niet lekker aan haar benen.
Maar erger nog was het gevoel dat het haar van binnen gaf.
Ongemakkelijk.
Lomp.
Te dik om mee te tellen in de keuze van het interieur.
Het kwam niet eens in andere mensen op dat iemand hier niet lekker in zou kunnen zitten.
Het gaf haar het gevoel dat ze niet gezien werd.
En tegelijkertijd voelde ze zich ontzettend zichtbaar in haar kwetsbaarheid.
Zou de stoel straks mee omhoog komen als ze opstond?
Natuurlijk zei ze er niets over.
Ook niemand anders zei iets. Hadden ze het niet door? Of vonden ze het genant om er iets over te zeggen?
Ze keek rond en haar blik bleef steeds hangen op vrouwen in leuke luchtige jurkjes. De benen over elkaar geslagen. Slechts de helft van hun stoel in beslag nemend.
Ze wilde minder eten om volgende keer beter in de stoelen te kunnen passen.
Ze wilde meer eten om niet te voelen wat het met haar deed.
Iemand stelde voor om als toetje een ijsje bij de ijssalon te halen.
“Ja graag!”
Herken jij dit of iets vergelijkbaars?
Ik zeker wel. Ik heb die stoelen ook in mijn benen voelen prikken.
Ik heb ze deze zomer nog niet uitgeprobeerd, maar ik hoop dat ik hier inmiddels geen probleem meer mee heb. Ook al houd ik (nog) steeds niet de helft van de stoel over.
Wil je weten hoe ik dat gedaan heb? Neem eens een kijkje op de rest van mijn website.
Recente reacties